ZWOLLE – Niet veel mensen hadden er bij stil gestaan, toch keerde Jorrit Ritzen woensdag terug op bekend terrein. De Zwollenaar verloor met JVC Cuijk in de kwartfinale van de KNVB-beker met 5-1 van de club uit zijn geboortestad: PEC Zwolle. Bijzonder? Nee. Niet in eerste instantie, dan.

TEKST: Maarten de Jong en Jurriën Schuiringa

De routinier speelde vroeger twee seizoenen voor MVV Maastricht. Zijn debuut in het betaalde voetbal maakte Ritzen uitgerekend tegen PEC Zwolle, de club die hij woensdag dus weer tegen kwam. “Toen de loting was, wilde iedereen Feyenoord of Ajax treffen”, herinnerde de verdediger zich in gesprek met Voetbal Centraal. “Ik ook, maar Zwolle zou ook bijzonder zijn. Ik ben hier geboren en heb mijn debuut gemaakt tegen PEC.”

Aan de meest recente ontmoeting van zijn club met PEC hield hij geen goed gevoel over. JVC Cuijk kreeg in het IJsseldelta Stadion flink op de broek. De thuisclub was veel te sterk voor de topklasser. “Ik heb er wel rekening mee gehouden dat we zouden verliezen, maar niet op deze manier. We hebben gefaald. Dat gebeurt ons misschien twee of drie keer in het seizoen, maar dat mocht niet juist nu gebeuren”, treurde Ritzen.

De ploeg die in de achtste finale MVV Maastricht bestreed, ging nu simpel kopje onder. “We hebben MVV afgemaakt en hoopten nu ook druk te zetten tegen PEC Zwolle”, gaf de aanvoerder aan. “Dat had ook wel gekund, maar we stonden niet goed. Ons collectief is me tegengevallen. Maar als ik eerlijk ben, heeft PEC Zwolle een van de best voetballende ploegen van de Eredivisie.”

Nu rest voor JVC Cuijk slechts de competitie. Het bekeravontuur was lang en mooi. Misschien denkt Ritzen toch wel met een goed gevoel terug dat hij tegen PEC Zwolle heeft mogen spelen. “Nou, Feyenoord was mooier geweest. De Kuip is natuurlijk het walhalla. Misschien dat ik na vijf bier nog een feestje vier dat we hier hebben gevoetbald. Nu stap ik vooral met een baalgevoel onder de douche.”

Voetbal Centraal